Advieskosten BoR

Wanneer zijn advieskosten rond een bedrijfsopvolging aftrekbaar? 

Een recente uitspraak van de Rechtbank Zeeland-West-Brabant laat zien dat de Belastingdienst en de rechter deze vraag kritisch beoordelen. In dit geval bleken de advieskosten voor de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) niet zakelijk, maar privé – en dus niet aftrekbaar van het belastbare resultaat.

Vragen over de fiscale kant van bedrijfsopvolging?
Onze fiscalisten helpen je bij de optimale inrichting van jouw BOR-traject. Zo voorkom je correcties door de Belastingdienst en benut je de beschikbare vrijstellingen optimaal.
Plan een vrijblijvend adviesgesprek →

De casus: advieskosten bij overdracht aan de volgende generatie

Een holdingvennootschap met een fors eigen vermogen en een deelneming in een onderneming met een omzet van ruim 1,2 miljard euro wilde de bedrijfsopvolging in gang zetten. De aandeelhouders wilden hun vier kinderen laten participeren en lieten zich daarbij uitgebreid fiscaal adviseren.

In de jaren 2015 tot en met 2018 werd ruim 190.000 euro aan advieskosten gemaakt. Deze kosten werden door de vennootschap opgevoerd als aftrekbare zakelijke kosten in de vennootschapsbelasting. De inspecteur weigerde de aftrek: volgens hem waren de kosten uitsluitend gemaakt in het belang van de aandeelhouders zelf.

Het standpunt van de belastingplichtige

De vennootschap stelde dat de advieskosten dienden om de continuïteit van de onderneming te waarborgen. Zonder toepassing van de bedrijfsopvolgingsfaciliteiten (BOR) zou bij een toekomstige vererving een forse belastingdruk ontstaan, waardoor de kinderen winstuitkeringen nodig zouden hebben om hun belastingschuld te betalen. Dat had volgens de vennootschap de liquiditeit en daarmee de continuïteit van de onderneming kunnen bedreigen.

De rechter: privébelang overheerst in het advies

De rechtbank ging niet mee in die redenering. De beslissing om de kinderen te laten participeren was volgens de rechter een privébeslissing van de aandeelhouders, niet een ondernemingsbesluit. De advieskosten hielden rechtstreeks verband met het benutten van fiscale faciliteiten in de inkomsten- en schenkbelasting — regelingen die de aandeelhouders raken, niet de vennootschap.

Bovendien bleef de zeggenschap grotendeels bij de ouders: slechts een kwart van de gewone aandelen werd aan de kinderen overgedragen, terwijl de preferente aandelen bij de ouders bleven. Van een daadwerkelijke bedrijfsopvolging was dus nauwelijks sprake. Gezien de solide vermogenspositie (31 miljoen euro eigen vermogen) en het resultaat uit deelnemingen (8,5 miljoen euro) achtte de rechtbank het niet aannemelijk dat de onderneming in liquiditeitsproblemen zou komen zonder toepassing van de BOR.

Juridische achtergrond: persoonlijke belangen niet aftrekbaar

De rechtbank verwees naar vaste rechtspraak van de Hoge Raad, onder meer ‘Renpaardenarrest’. Daarin is bepaald dat kosten die worden gemaakt ter bevrediging van persoonlijke belangen van aandeelhouders geen zakelijke kosten zijn en dus niet aftrekbaar van de winst. 

In het Renpaardenarrest had een uitzendbureau kosten gemaakt voor het fokken en trainen van renpaarden, activiteiten die in feite alleen de persoonlijke hobby van de aandeelhouder betroffen.

Alleen als uitgaven aantoonbaar het belang van de onderneming dienen — bijvoorbeeld bij een noodzakelijke herstructurering of fusie — kunnen ze ten laste van de winst worden gebracht.

Wat betekent dit voor de praktijk?

De uitspraak benadrukt dat de aftrekbaarheid van advieskosten bij bedrijfsopvolging sterk afhankelijk is van het motief. Zodra het voordeel primair de aandeelhouders ten goede komt, ligt het in de privésfeer. Wie wil dat advieskosten wél zakelijk zijn, moet kunnen aantonen dat het traject in het belang van de onderneming is. 

Dit is een belangrijk punt om goed in de gaten te houden aangezien de advieskosten bij een succesvol BOR-traject flink kunnen oplopen.

Zakelijkheid van deze kosten kan bijvoorbeeld liggen in een herstructurering die noodzakelijk is om externe investeerders aan te trekken, bedrijfsactiviteiten te scheiden of opvolging bedrijfseconomisch onvermijdelijk te maken. Zonder zo’n aantoonbaar zakelijk doel zal de Belastingdienst de aftrek weigeren, zoals ook in deze zaak gebeurde.

Ons perspectief

Voor familiebedrijven is dit een belangrijk signaal: fiscale planning mag, maar niet op kosten van de vennootschap. De grens tussen zakelijk en privé is dun, zeker bij bedrijfsopvolging binnen de familie. Wie wil voorkomen dat de fiscus corrigeert, doet er goed aan de adviesstructuur en facturering zorgvuldig in te richten — en vooraf te beoordelen of het motief écht zakelijk is.

Bij Port Sight Tax adviseren wij regelmatig familiebedrijven over bedrijfsopvolging en de toepassing van de BOR. We helpen daarbij niet alleen fiscaal, maar ook strategisch: hoe richt je de overdracht zo in dat deze standhoudt bij toetsing door de Belastingdienst én aansluit bij de lange termijndoelen van de onderneming? Meer informatie is hier te vinden. 

Bronnen:

  1. https://uitspraken.rechtspraak.nl/details?id=ECLI:NL:RBZWB:2025:5522
  2. https://deeplink.rechtspraak.nl/uitspraak?id=ECLI:NL:HR:2002:AB2865
Geschreven door:

Richard Bierlaagh

Tax Partner

Richard is al meer dan 10 jaar actief in de fiscale wereld. Met ervaring bij Big Four kantoren en actief als auteur.

Lees meer
Geschreven door:

Richard Bierlaagh

Tax Partner

Richard is al meer dan 10 jaar actief in de fiscale wereld. Met ervaring bij Big Four kantoren en actief als auteur.

Contact opnemen

Vrijblijvend Adviesgesprek

Meer weten over dit onderwerp? Boek een gratis consult met een van onze specialisten.

Boek een afspraak
In 1 min. geregeld